Inleiding
Zowat een maand of twee geleden werd het rapport “Seksueel misbruik en aangiftebereidheid binnen de gemeenschap van JG” gepubliceerd. Een rapport die onderzoekt wat in de titel staat naar aanvang van een onderzoek gedaan door de Universiteit Utrecht.
Er is veel te doen op het moment rond Jehovah’s getuigen en kindermisbruik. In verschillende landen zijn al onderzoeksrapporten gepubliceerd zoals Australië, het Verenigd Koninkrijk en hier in België. Dit betreft een Nederlands onderzoek. Jehovah’s getuigen hebben veel moeite gedaan om te verhinderen dat dit rapport openbaar zou worden gemaakt. Volgens mij was dat echt niet nodig. Het rapport is enerzijds zeer neutraal en anderzijds bijzonder verzoenend naar Jehovah’s getuigen toe. Ook de aanbevelingen die het rapport doet zijn zelfs binnen Jehovah’s getuigen goed haalbaar. Het rapport is in feite een verademing tussen de zeer emotionele stemmen zowel pro als contra die men te horen krijgt. Verstaanbaar, want kindermisbruik is een bijzonder emotioneel thema, maar anderzijds wordt er steeds een zeer zwart-wit conclusie getrokken.
Het rapport
Eerst en vooral mag benadrukt worden dat Jehovah’s getuigen heel goed hebben meegewerkt aan het rapport, en dat zowel het bestuur als individuele leden. Van de personen die (een deel van) de enquète hebben ingevuld, waren zo’n 48 % nog steeds Jehovah’s getuige. Bij de tien diepteinterviews die werden afgelegd was dat 60 %. Dit getuigt ook voor het rapport die blijkbaar geprobeerd heeft een zo evenwichtig mogelijke analyse te bekomen van Jehovah’s getuigen en ex-Jehovah’s getuigen.
Je merkt dan in feite ook een duidelijke discrepantie tussen de beleving bij Jehovah’s getuigen en bij mensen die niet meer Jehovah’s getuige zijn. Het algehele rapport cijfer was een 3.3, maar dit geeft enerzijds ook een beetje een vertekend beeld omdat het meest gegeven cijfer een 1 was. 57 % heeft dit cijfer gegeven. 75 % van de respondenten gaven de afhandeling door Jehovah’s getuigen van de kindermisbruikzaak die ze rapporteerden een onvoldoende. Toch moet rekening gehouden worden dan 10 % van de respondenten de afhandeling een 8/10 geven, wat dan weer een vrij goed cijfer was. Interessant is dan ook de discrepantie tussen Jehovah’s getuigen en ex-Jehovah’s getuigen: terwijl ex-Jehovah’s getuigen een gemiddelde van 1.5/10 gaven, was dat bij Jehovah’s getuigen een krap voldoende 5.8/10. Dit laatste cijfer is niet zo heel veel lager dan het gemiddelde cijfer dat men aan de politie gaf, nl. 6.6/10. Opnieuw waren de ex-Jehovah’s getuigen hier iets kritischer dan de Jehovah’s getuigen zelf
Al bij al dus, terwijl er zeker verbeteringen moeten komen, lijkt de afhandeling niet “dramatisch” slecht te zijn. Men moet ook rekening houden dat je met een vorm van rancune achterblijft bij misbruik, die heel moeilijk te compenseren valt. Je bent namelijk in je integriteit getroffen, meestal door personen die je vertrouwde of waarbij je je veilig voelde.
Het grootste probleem bij Jehovah’s getuigen ligt natuurlijk bij de discrepantie tussen zonde en misdrijf. Jehovah’s getuigen, terwijl ze het zelf in een hedendaagse beschrijving een misdrijf noemen, behandelen eigenlijk alleen maar zonden. Een comité wordt niet opgestart om een misdrijf onder de loep te nemen en adequaat te straffen, maar om te kijken of de zonde groot genoeg is, en zonder berouw is gebeurd, waardoor uitsluiting mogelijk wordt.
Zelf snap ik ook wel dat je niet met de dader van je misdaad geconfronteerd wilt worden, zoals nog in dezelfde koninkrijkszaal te zitten als die persoon, maar het is heel moeilijk hier een duidelijke oplossing voor te vinden. Daarom dat velen de Jehovah’s getuigen hebben verlaten, en anderen zelfs naar een andere koninkrijkszaal zijn beginnen gaan. Maar eigenlijk verschilt dat niet zoveel van hoe er in de maatschappij met de misdaad om kan worden gesprongen. Als je de persoon in kwestie zijn vrijheid teruggeeft, kan hij zich opnieuw overal vestigen, en is de kans ook groot dat je met hem/haar terug in aanraking komt. Misschien zou een Amerikaans model, waarbij een zedendelinquent zich bij elke verhuis terug moet melden bij de politie een oplossing zijn. Binnen de Jehovah’s getuigen is het euvel dat men met zijn dader wordt geconfronteerd iets groter omdat ze een kleinere gemeenschap vormen. Hiervoor zie ik niet meteen oplossingen, tenzij misschien iemand voor altijd uit te sluiten, maar dat is natuurlijk binnen de gedachtegang van Jehovah’s getuigen niet mogelijk.
Wel ben ik een absolute voorstander om elk misbruik, of zelfs elke misdaad, aan de autoriteiten aan te geven, zodat die hun werk kunnen doen over het strafgehalte van de zaal. Daar mogen Jehovah’s getuigen zich niet boven stellen.
De aanbevelingen
Zoals al gezegd zijn de aanbevelingen bijzonder verzoenend en zeer neutraal. Ze zijn ook over het algemeen heel haalbaar binnen de Jehovah’s getuigen. Ik vond het dan ook vreemd hoe ze te keer gingen tegen dit rapport. Ze zouden het misschien beter kunnen aanvaarden en er hun lessen uit trekken. Is het niet belangrijk dat we de kinderen, ook binnen de Jehovah’s getuigen gemeenschap beschermen, tegen personen die het niet zo nauw nemen met hun bescherming?
De volgende aanbevelingen werden gedaan:
- Heb meer aandacht voor (vermeende) slachtoffers;
- Vervlecht intern tuchrecht met extern strafrecht;
- Richt een intern meldpunt in voor slachtoffers van seksueel misbruik;
- Breng jaarlijks verslag uit van de activiteiten van het intern meldpunt;
- Train en onderwijs ouderlingen;
- Investeeer in openheid en transparantie;
- Investeer in een cultuurverandering. Misschien is deze het moeilijkst haalbaar binnen Jehovah’s getuigen, omdat men aanraadt vrouwen toe te laten in de hiërarchie. Dat zou een verregaande aanpassing vragen van hun regels die ze waarschijnlijk niet kunnen waarmaken.
Het rapport is hier te downloaden.
Één reactie
Ik kan mij volledig vinden in alles wat je schrijft. Ik denk dat de getuigen vooral aanstoot namen aan de wijze waarop in het verslag hun positie ten aanzien van (hoger) onderwijs eveneens werd gehekeld (wat zij ten onrechte en irrelevant in het raam van het onderzoek vinden). Maar een juridische procedure voeren, lijkt mij inderdaad vrij zinloos.